background-image

Blaren behandelen

Blaren kunnen in vele soorten en maten voorkomen. Er bestaan drie soorten blaren. Een artikel over hoe u de blaren kunt behandelen.

Gesloten blaar

Als eerst gaan we een gesloten blaar behandelen. Prik de blaar alleen door als u er last van heeft. Bij een gesloten blaar zit er helder vocht onder de huid, die daarentegen wel intact blijft. Mocht u te maken krijgen met een gesloten blaar, dan moet u de blaar als eerst doorprikken. Doe dit met een bloedlancet of een steriele naald.
Prik zo dicht mogelijk tegen de huid aan. De blaar moet u twee maal door prikken in de richting hoe u loopt. Vervolgens is het de bedoeling dat u de blaar met een wattenstaafje leeg drukt. Vang het vocht op met een gaasje. Ontsmet de huid van de blaar voor en na het behandelen ervan. Doe dit met een huidontsmettingsmiddel.

Open blaar

Mocht u te maken krijgen met de situatie dat de huid helemaal - of een gedeelte - op de plaats van de blaar weg is, dan heeft u een open blaar. Het enige wat u maar hoeft te doen, is de blaar af te dekken. Doe dit met een wondpleister of een gaasje. Mocht de blaar extreem groot zijn, dan moet u het in ieder geval laten beoordelen door een arts. Mocht er daarnaast ook bloed aan de blaar zitten, dan heeft u te maken met een bloedblaar.

Bloedblaar

Ook een bloedblaar hoeft u alleen maar af te dekken. Doe dit met een wondpleister of een gaasje. Mocht de bloedblaar ook hartstikke groot zijn, dan moet u een arts raadplegen. Hij zal dan beoordelen of hij of u de blaar gaat behandelen.

Blaren behandelen